Reder vaart blind door zelfgekozen vlag
Wie aan boord van een schip stapt, is aan de goden overgeleverd. Althans, zo kan het voelen. Maar zeevarenden hebben niet alleen te maken met de weerselementen en het lange tijd op zee zijn. Nee. Ook juridisch komt er een hoop bij kijken en wel meer dan men in eerste instantie zou denken.
In 2006 is het Maritiem Arbeidsverdrag ondertekend, dat in 2013 na ratificatie door dertig landen in werking is getreden. Een ontwikkeling die wij advocaten toejuichen, want in zekere zin biedt het de zeevarende betere bescherming en de zeewerkgever houvast. De aangesloten landen zijn verplicht om de hoofdlijnen, ofwel Regulations, uit onderdeel A van het verdrag in hun wet op te nemen. Het verdrag schept kaders voor de relatie tussen de zeewerkgever en de zeevarende. Wat zijn de plichten van rederijen, scheepseigenaren of andere werkgevers in de zeevaart? Wat gebeurt er bij ziekte, ongevallen of sterfte? Onder het verdrag is een werknemer overigens al snel zeevarende; aan boord van een schip werken is voldoende. Of er ook daadwerkelijk wordt gevaren, is niet relevant.
In Nederland zijn de hoofdlijnen uit het verdrag keurig in de Nederlandse wetgeving overgenomen, onder andere in de wet op de zee-arbeidsovereenkomst. Knip en klaar zou u denken… Maar niets is minder waar. Want… die wet geldt alleen voor schepen die onder de Nederlandse vlag varen. Maar juist de vlag van het schip is zo interessant! Want als u een Nederlandse zeevarende in dienst hebt, geldt het Nederlands recht wel omdat de zeevarende de Nederlandse nationaliteit heeft, maar hoeft de wet op de zee-arbeidsovereenkomst niet te gelden als het schip onder een niet-Nederlandse vlag vaart. En dus heeft u als werkgever plots ook te maken met de wetgeving van Panama, Barbados, Jamaica of noem maar iets (belasting)paradijselijks.
Aan de andere kant heeft u wellicht mooie overwegingen gehad, om juist buiten de Nederlandse wetgeving te willen blijven. Door de keuze van de vlag kan het zo zijn, dat u toch weer deels met het Nederlands recht te maken krijgt. Om het dan nog ingewikkelder te maken, kunnen werkgever en zeevarende onderling nog steeds een ander recht kiezen bij de contractonderhandelingen. En zo hebt u te maken met drie verschillende wetgevingen! Die kunt u stuk voor stuk niet zomaar negeren. Niet verwonderlijk dat iedereen, zowel rederijen, scheepseigenaren en andere werkgevers in de zeevaart, als ook de zeevarende zelf, blind varen. Het is voor alle partijen noodzakelijk dat zij weten waar ze aan toe zijn, vooral als het gaat om verzekeringen.
Zo kunnen verzekeraars voor de aansprakelijkheid bij dood of letsel een bepaald bedrag verzekeren, maar of dat voldoende is, hangt af van het toepasselijk recht en welke is dat nu…? Advies inwinnen is het devies. Niet achteraf, maar al op het moment dat de keuze voor een vlag wordt gemaakt.
Voor iedere vlag, en dus land, kunnen de interpretaties van het Maritiem Arbeidsverdrag flink uiteenlopen. Immers staan in het verdrag naast een paar verplichtingen toch vooral aanbevelingen. Daarbij de combinatie van verschillende wetgevingen opgeteld, hebben we het over een complexe materie. Des te meer reden om u wel drie keer af te vragen of het voor uw bedrijf goed geregeld is. Drie keer blijft scheepsrecht!
Bent u een reder, scheepseigenaar, werkgever in de zeevaart of zeevarende? En wilt u meer weten over de zee-arbeidsovereenkomst en het recht van de vlag? Neem dan contact op met Caland advocaten.